ArneJazeker. Een IPT biedt bijna een verhouding van 1 op 1 op vlak van netto kost in vennootschap tegenover netto opbrengst in de privé-sfeer.
Zelfstandige bestuurders van een vennootschap stellen ons vaak deze vraag.
Het antwoord op deze vraag kan zeer uitgebreid zijn, maar we kunnen het ook kort samenvatten in 7 stappen:
- Een IPT is een voordelige manier om te sparen voor pensioen via een vennootschap.
- Voor elke 100 euro die een vennootschap betaalt aan pensioen via een IPT:
- kost dit de vennootschap netto 80,00 euro na aftrek van vennootschapsbelasting
- en ontvangt de begunstigde netto 78,90 euro bij pensioen
- en daar komt nog het beleggingsrendement bovenop
- Hierdoor gaat er geld van de vennootschap naar de privé-sfeer, in een verhouding van bijna 1 op 1 (78,90 / 80), wat uniek is voor een IPT.
- Het grootste nadeel van een IPT is, dat je moet wachten tot pensioenleeftijd om het geld te ontvangen. Tenzij de IPT gebruikt wordt om vastgoed te financieren.
Rekenwijze:
- Kost na vennootschapsbelasting: [ 100 premie, taks 4,4% inbegrepen x correctie voor vennootschapsbelasting ( 1 – stel 20%) ] = 80,00 euro netto kost voor vennootschap
- Netto te ontvangen (*): [ 100 premie waarvan we eerst nagaan hoeveel hiervan in het contract terecht komt / eerst corrigeren we voor taks (1 + 4,4% taks) ] x dan corrigeren we voor de beheerskosten op de premie ( 1 – stel bv. 3% lasten) x bij uitkering volgt de correctie voor de eindtaxatie bij pensioen ( 1 – 15.08% gecumuleerde eindtaxatie in een normale situatie)
= 78,90 netto op privé rekening bij pensioen
(*) In het bovenstaande houden we zelfs geen rekening met het beleggingsrendement dat in de loop van het contract wordt gerealiseerd! staande berekening is indicatief, op basis van de gebruikelijke fiscaliteit en kosten.